Roken
Het eerste wat me opviel in Turkije (eigenlijk al in Bulgarije, in de bus naar Istanboel) is dat veel mensen roken. Zeker zo’n 80-90% van de Turkse bevolking rookt. Het mag nog net niet binnen in openbare ruimtes, maar buiten wordt wat afgepaft. Het is dan ook volledig sociaal geaccepteerd dat je overal en nergens een sigaret opsteekt. Ik heb best wat afgereisd met de bus in Turkije en elke keer als we langer dan 5 minuten stoppen gaat minimaal de helft van de passagiers even de bus uit voor hun nicotineshot. Hotelkamers zijn dan voornamelijk ‘niet-roken’, maar je ruikt duidelijk dat dat niet altijd het geval is geweest.
Het lijkt erop dat er wel maatregelen genomen zijn om het roken terug te dringen. Zo heb je bijvoorbeeld al ‘neutrale’ pakjes met enge afbeeldingen erop en mag je binnen niet meer roken. Aan de andere kant kost een pakje peuken drie keer niks. Dus ja, of dat allemaal nou zoveel heeft geholpen…
Plastic en afval
Wie met zijn zero-wastementaliteit naar Turkije komt krijgt geheid een hartverzakking. Of die sterft elke dag een beetje van binnen. Er wordt nogal met plastic rondgestrooid namelijk. Letterlijk en figuurlijk. Allereerst: het kraanwater is niet te drinken, dus de meesten kopen hun ‘su’ (water dus) in flessen. Flesjes. Daarnaast krijg je te pas en te onpas overal plastic tasjes omheen gewikkeld. Bij de supermarkt vragen ze tenimnste nog netjes of je er een tasje bij wil. (Nee dankje, ik heb een rugtas.) En het was één ding geweest als alles netjes gerecycled wordt, maar mijn hemel… Zo’n beetje elke berm van de (grotere) wegen ligt bezaaid met troep. Flesjes, tasjes, blikjes… Het is triest hoe de mooie Turkse natuur verpest wordt door al het afval.
In schril contrast daarmee staat de opruimdrift in restaurants. Daar gaat het er net iets té netjes aan toe. Je hebt de laatste hap van je eten nauwelijks doorgeslikt of je bord en bestek wordt alweer weggehaald door de ober. Ik zal het niet scharen onder onbeleefdheid, waarschijnlijk willen ze hun restaurant netjes houden en willen ze niet dat je aan een tafeltje met troep zit.
Als ze diezelfde ijver nou ook eens zouden inzetten bij de openbare weg… Statiegeld en betaalde tasjes zou al een hoop schelen denk ik.
Kleine ondernemers
Fijn, een hostel met een keuken, dus ik denk: lekker zelf koken. Nu op zoek naar een supermarkt om dingetjes te kopen. Maar grote supermarkten vind je hier niet echt. Er zijn wel een aantal ketens, maar dan nog blijven de winkels relatief klein. Waar Turkije wél een overvloed aan heeft zijn kleine winkeltjes. Kruidenierszaken, gemakszaken, kappers, witgoedhadelaren, elektronicawinkels, schoenenwinkels, kledingzaken. Soms heb je hele straten, hele gebieden vol met van die kleine zaakjes. Echte bazars dus. En ook buiten die gebieden. Op de hoek van elke straat zit wel een winkeltje waar ze snacks, bier en sigaretten verkopen (ja natuurlijk sigaretten, waarom denk je dat Turken nog massaal roken?). En (met name in de bazars) bevinden die winkels zich ook voor de helft op straat. Alles wordt zo’n beetje voor de deur uitgestald. Het is even wennen, maar het heeft wel wat. Het is fantastisch om te zien! En de eigenaren kopen hun spul ook bij de buren. Bestel je iets bij een restaurant, dan worden soms de ingrediënten (of zelfs de hele maaltijd) bij de toko aan de overkant gehaald. Ondernemen doe je samen, daar zijn de Turken dan wel heel goed in. Niet iedereen op zijn eigen eilandje.
Klantenwerving op straat
Daarmee gepaard gaat de klantenwerving. Het gebeurt niet overal, maar vooral bij restaurants en vervoersmaatschappijen (daar zijn er ook heel veel van in Turkije) staan vaak mensen voor de deur (of iets verder daarvan af) om je hun product of dienst aan te smeren. De vervoerders schreeuwen gewoon waar ze naar toe gaan, mocht je daar interesse in hebben. De restaurants bieden je ongevraagd een tafeltje aan. Welcome! Persons, how many? Please, sit! En voel je vooral niet bezwaard om het aanbod af te slaan. Lijkt misschien onbeleefd, maar ja, de buurman nodigt je ook al uit.. Je kan maar op één plek tegelijk eten. Ze snappen zelf ook wel dat er concurrentie is toch?
Cash vs pinnen
Op de meeste plekken in Turkije kan je wel met pin betalen. (Pinnen is trouwens een Nederlandse uitdrukking. Daar kwam ik in Finland al achter… Het heet gewoon ‘betalen met kaart’.) Maar als je je echt turks wil voelen, dan loop je met een stapeltje fysieke lira’s rond. Gewoon het stapeltje flappen uit je broekzak (of portemonnee) trekken en ervan af halen wat je nodig hebt om te betalen. Het maakt je leven een stuk makkelijker. Vooral in de minibusjes (daar ga je niet kunnen pinnen). De chauffeurs van die minibusjes lopen op hun beurt met een nog grotere stapel flappen rond. Kennelijk zijn ze niet al te bang om daarmee overvallen te worden.
Vriendelijkheid en gastvrijheid
Klopt, ik heb eerder gezegd dat Turken (in Istanboel) nogal bot op me overkwamen. Maar schijn bedriegt. Als standaardhouding hebben Turken een soort gelatenheid over zich heen. Maar als je met ze van doen krijgt, dan zijn ze juist heel aardig, altijd bereid om te helpen, ook al spreek je elkaars taal niet. En verschijnt er zowaar een glimlach op die gezichten van hun! Ze kunnen ook behoorlijk uit hun slof schieten, als ze boos zijn (tegen mij zijn ze nog niet boos geweest..). Dus als je in Turkije komt, laat je niet intimideren door hun nonchalance. Spreek ze aan, ga met ze om en het zijn hele beste mensen.
Bier halen tot 22 uur
Zoals ik zei: Turken zijn echte (kleine) ondernemers. Overal vind je zaakjes. Zo ook de zogenaamde tekels. Daar verkopen ze drank, tabak en snacks. Superhandig als je in de tuin van je hostel zit te chillen ‘s avonds en er is geen bier meer. Je loopt even naar buiten en 5 minuten later kom je met ijskoude biertjes terug! Want a) ze hebben het bier daar in de koelkast staan (zoals het hoort. Als je het bier niet in je hand hebt moet het in de koelkast staan) en b) er zit altijd een tekel op de hoek van de straat. En nog een pluspunt: je koopt flesjes van een halve liter. Niet die laffe 33cl flesjes die je in Nederland koopt en die je met drie slokken alweer leeg hebt.
Efes (van Efeze, goed opgelet!) is het Heineken van Turkije. Alleen lekkerder 😄. Maar wil je nóg lekkerdere pilsjes, dan ga je voor Bomonti. Ook Turks, maar gewoon lekkerder. Tevens verkopen ze hier biertjes genaamd ‘Amsterdam’. Maar je wordt besodemieterd waar je bij staat, want volgens het etiket is het gebrouwen door Grolsch. Yep, dat zit in Enschede, niet in Amsterdam. Maar wat kan het die buitenlanders schelen? Enschede is immers ‘close to Amsterdam’.
Oversteken
Natuurlijk ben je als Nederlander gewend om netjes voor het voetgangersstoplicht te wachten tot het groen wordt. En anders pak je een zebrapad en je dwingt je je voorrang af. Nou, in Turkije gaat dat net even anders. Voetgangersstoplichten zijn er ter indicatie. Als het groen is kan je sowieso oversteken. Als het rood is wacht je tot er niks meer aankomt of totdat er een gaatje valt tussen de auto’s waar je nog net doorheen kan glippen. Zebrapaden? Daar is het maar afwachten of je voorrang krijgt. Wederom: wachten tot er een gaatje valt. En als je toch bezig bent, waarom zou je een oversteekplaats opzoeken. Als je de weg over moet, ga je de weg over. Hooguit krijg je een claxon om je oren, maar vat het niet persoonlijk op. Turken claxoneren graag. Gewoon een communicatiemiddel, niet omdat ze kwaad op je zijn. Een ga-aan-de-kant toeter. Een he-joh-wat-doe-je-nou toeter. Een schiet-eens-op-vent-toeter. Tot en met een kijk-uit-toeter. Gewoon informatie waar je misschien wat mee kan, meer niet!
Hoi Wubbo, Je bent alweer een tijdje onderweg. Graag wil ik je blog volgen. Tot nu toe kan ik het lezen tot Turkije. Weet niet zo goed hoe ik je verder kan volgen, heb geen social media vandaar.
Groetjes Joukje en nog een fijne reis
Hoi Joukje, leuk dat je me ook volgt! Ik probeer elke week een blog te schrijven, dus je kan elke week even checken. Ik ga nog kijken of ik misschien ergens een nieuwsbriefsysteem in de lucht kan krijgen.
Hoi Wubbo
Volgens de datum (25 oktober) zit je een maand in Turkije. De volgorde moet ik maar even vergeten. Fijn om te lezen dat Turken aardig zijn. Maar meestal als je ergens langer bent kom je wat dichter bij de mensen.